Donderdag 13 september 2018

13 september 2018 - Capo Vaticano, Italië

We zijn vroeg wakker. Het voelt wat frisjes aan, maar in de loop van de dag blijkt dit schijn. We rijden naar Tropea, zo’n 10 kilometer verderop. Dit is de parel van Calabrië. Prachtige kustlijnen met hoge kliffen, waarop het stadje is gebouwd. Onderaan de kliffen enkele stranden in verschillende kleine baaien. En weer dat azuurblauwe water. We komen aan bij een parkeerterrein aan de rand van de stad. Moeten we hier nu betalen voor het parkeren of niet? Het is niet duidelijk. We vragen het bij een café aan de overkant. Nee hoor, zegt hij, maak je niet druk. Het is gratis. We vragen ons nog af of hij bij terugkomst met een knokploeg klaar staat en dat we alsnog moeten betalen of de auto bij hem inleveren. Maar nee hoor, dat is maar flauwekul. Dat komt hier niet voor. De bewoners zijn nog steeds blij met de bezoekers. Uiteraard drinken we wel een kopje koffie bij hem. Dat wordt gewaardeerd. Het boekje over Tropea zou doen vermoeden dat we ogen te kort komen en misschien wel de hele dag bezig zijn om alle pracht en praal, paleizen, kerken en dergelijke te bezien. Maar het blijkt toch niet zo groot te zijn en na een paar uur hebben we al veel gezien. Natuurlijk is het mooi en oud, maar er is ook veel aan onderhoud toe. Het is er wel redelijk druk, vooral Duitsers, die waarschijnlijk met bussen worden afgezet in de stad om een paar uur te vertieren. Heb je hoogtevrees, dan is dit niet de stad voor jou. Op alle hoeken van de stad zijn uitkijkpunten, geschat op zo’n 50 meter hoogte van het laagste punt, waar de stranden zich bevinden. En bij die uitkijkpunten kun je met trappen naar beneden. Dat gaat goed, maar naar boven is het knap vermoeiend. Zeker omdat het zo warm is, benauwd eerder. Na enkele treden staat het zweet op je voorhoofd. De stad is meer gericht op toeristen dan Capo Vaticano. Om de zoveel meter is er weer een hotel, bed & breakfast, souvenierwinkel enzovoorts. Wat gek is dat het verkeer gewoon overal doorgaat. Maakt niet uit hoe smal of breed de straat is. Wat dan weer wel opvalt is dat ze er rustig rijden en met iedereen rekening houden. Dat is overigens in heel Calabrië en eigenlijk heel Italië zo. We proberen tijdens het bezoek aan Tropea overal wind te vangen, want het is echt heel warm. De meeste bezoekers lopen ook met bezwete hemden of jurken. Na 14.00 uur gaan de winkels dicht, behalve de souvenierwinkels natuurlijk. Rond drieën eten we een heerlijke spaghetti carbonara, met spek, voor het zout, maar geen zware kost. Hebben we even nodig. Rond vijven besluiten we toch terug te rijden naar het huis. Tropea bij nacht zou prachtig zijn met alle mooie verlichting, maar dan moeten we nog wel een tijdje rond hangen. Onderweg betrekt de lucht. Er vallen druppels. En even verder kolkt het water langs de wegen. Sommige stukken staan behoorlijk blank. Een lichtflits schiet voorbij. In Capo Vaticano is het droog. Het heeft er geregend maar niet veel. We gaan redelijk op tijd eten. Net als we de laatste hap nemen, schiet een lichtflits over de zee. En nog een, en nog een. En dan barst het los. De palmbomen ruizen, het wordt aardedonker. Letterlijk. Want ineens valt het licht uit in het restaurant en tegelijkertijd de straatverlichting ook. Duurt een seconde, dan is het weer aan. Maar niet voor lang. Het licht gaat weer uit en het duurt iets langer voor het weer aanschiet. Het personeel van het restaurant is niet in paniek. Dit is dus wat er gebeurt als het onweert. Het blijft die avond flitsen en regenen. De temperatuur zakt niet echt. Dat belooft weer een warme nacht. De airco helpt daar niet veel tegen. Ach ja.

Foto’s