Dag 9 (september) - Vieste

10 september 2020 - Vieste, Italië

We verslapen ons. Te laat voor het ontbijt. Niet dat omdat we er zo goed slapen, in tegendeel. In dit hotel slapen we onrustig. Waar het door komt, dat weten we niet. Maar de slaap heeft ons toch weten te vatten. Geen wekker. Dus geen ontbijt. Dat doen we dan maar in de stad. Rustig aan, alle tijd. De wind is nog steeds heftig, een beetje stormachtig. Maar de temperatuur lijdt er niet onder. Volgens de weerstations zou het zo’n 28 graden zijn. Het voelt als dik 30. We eten een paar heerlijke croissantjes bij een barretje, lekker in de schaduw. Het valt ons op dat de stad niet zo groot is als je zou vermoeden. Veel straatjes hebben we al eerder doorgelopen. Maar dat geeft niet. We gaan gewoon wat vaker koffie drinken en mensen kijken. Na een uur of 1 wordt het echt rustig in de stad. Wat er rondloopt, zijn toeristen, vooral Italianen. Op het strand waaien ze weg. In het centrum zie je ze met de ziel onder de arm lopen. Volgens ons vervelen ze zich. Er is dan ook geen winkeltje open waar je verkoeling kan vinden. De kindjes worden vervelend en de ouders raken geïrriteerd. Ze kunnen ook geen speeltjes voor de kinderen kopen, dus er is niets om ze zoet te houden. Ja, een ijsje of een zakje chips. Snoepen kunnen ze wel.

We zitten ‘s middags lekker op een bankje naar het water te turen, ook om even uit de zon te zijn. Een wat oudere man zit op een ander bankje en begint wat onrustig heen en weer te lopen. Zijn 3 vrienden komen even later aan en dan is het weer goed. Twee ervan gaan zwemmen. Van de andere 2 legt de ene aan de andere uit hoe hij met zijn telefoon foto’s moet maken. Dus hij poseert maar raak en checkt dan het resultaat. Het is hem kennelijk niet genoeg naar de zin. Hij vaart uit, tenminste, dat lijkt zo, en de ander ontvangt zijn duidelijke commentaar op een rustige manier. Wij moeten er wel een beetje om lachen. Dat heeft de commentator in de gaten. Hij komt naar ons toe en vraagt of wij een foto van hem willen maken, eentje staand en eentje in liggend formaat. Hij poseert, als een echte diva. Hij laat het resultaat aan de ander zien zo van: zie je, zo moet je dat doen. Even later komt hij ons een snoepje brengen. Hij zoekt duidelijk contact. En ja hoor, daar is hij weer. Waar we vandaan komen, waar we logeren. Allemaal interessant, want als we nu weer eens hier logeren, dan kan dat bij hem. Hij verhuurt vlakbij appartementen. We moeten zijn telefoonnummer opschrijven, hem direct bellen zodat hij ons nummer kan noteren voor het geval wij hem bellen. Dan weet hij dat wij dat zijn. Hij heet Ciro. Toevallig is dat een naam uit een Italiaanse maffiaserie. Maar daar is hij zogezegd te verfijnd voor. Naar ons idee is het allemaal erg goed bedoeld en is hij gewoon erg aardig. We nemen hartelijk afscheid.

We stappen de 2 kilometer terug naar het hotel om even te relaxen. De carabinieri is er nog steeds. Misschien dat dit gewoon een uitvalsbasis is. Voor de laatste keer bezoeken we de stad om te eten. Wij zouden toch graag eens pasta eten, maar dat eten ze hier kennelijk niet veel. En dachten we dat we gisteren goedkoop hebben gegeten, vandaag het record. Bij een pizzeria eten we een pizza Diavolo (lekker pittig) en een lokale pastasoort, orechietto met tomaat en een hier bekende kaas, caciocavallo. Allemaal erg lekker. Nog even een kopje koffie bij het grote plein met park en dat was het dan. Veel langer blijven zou betekenen dat we in herhaling vallen, want het meeste hebben we nu wel gezien. En omdat we geen strandliggers zijn, is het zo mooi geweest.